Logo RijksoverheidLogo Ondernemersplein, alles van de overheid op één plekMenuZoekenZoekenHomeWetten en regels

Beroepskracht-kindratio (BKR)

Deze informatie is geplaatst door:Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO)Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO)± 1 min lezenEnglish version

Heeft u een kinderopvang? Dan moet er een verplicht aantal beroepskrachten werken op een groep kinderen. U kunt zelf berekenen hoeveel medewerkers er op de groep moeten staan (de beroepskracht-kindratio).

Wat is beroepskracht-kindratio?

De beroepskracht-kindratio (BKR) is de verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het aantal kinderen in de groep bij de kinderopvangorganisatie. Het doel van de BKR is dat de kinderopvang goed aansluit op de ontwikkeling van het kind. Zodat er bijvoorbeeld genoeg aandacht is voor baby’s. De BKR geldt op de kinderopvanglocatie en bij uitstapjes.

Beroepskracht-kindratio berekenen

Als u de beroepskracht-kindratio (of leidster-kindratio) berekent, moet u kijken naar:

  • de leeftijd van de kinderen in de groep.
  • het soort opvang (kinderdagverblijf, buitenschoolse opvang, gastouderopvang of peuteropvang)

Met de rekentool beroepskracht-kindratio van het ministerie van SZW berekent u hoeveel beroepskrachten u minimaal nodig heeft op uw kinderopvang. Lees ook de rekenregels die bij de rekentool horen. De GGD gebruikt de rekentool tijdens de inspecties op de kwaliteit van uw opvang.

Afwijken van de BKR

U mag volgens de drie-uursregeling 3 uur per dag afwijken van de BKR. Dat betekent dat u in deze periode minder pedagogisch medewerkers mag inzetten dan volgens de beroepskracht-kindratio verplicht is. U moet in het pedagogisch beleidsplan zetten hoe u omgaat met de BKR en de drie-uursregeling.

Lijst bijhouden

U moet een overzicht maken en bijhouden met daarop:

  • de beroepskrachten die u inzet
  • de kinderen die op de kinderopvang zijn (met een indicatie van de aankomst- en vertrektijd)

Met deze lijst kan de toezichthouder controleren of u zich aan de BKR en de drie-uursregeling houdt.

Het vierogenprincipe toepassen

U moet zich houden aan het vierogenprincipe. Dit betekent dat er altijd een volwassene moet kunnen meekijken of meeluisteren met een beroepskracht. Dit kan een andere beroepskracht zijn, maar bijvoorbeeld ook een ouder of stagiair. Deze persoon moet ingeschreven staan in het Personenregister kinderopvang (PRK). U moet de oudercommissie om advies vragen en ouders informeren over hoe u het vierogenprincipe invult.

Het vierogenprincipe geldt niet voor de buitenschoolse opvang (bso) en de gastouderopvang.

Zie ook

Naar boven